Amputatie

 Waar te beginnen, ja!? Daar had mijn werkbegeleidster Conny wel een goed plannetje voor. Ze moet gedacht hebben nou, dat varkentje gaan we eens even flink wassen. 

Op een stormachtige najaarsdag in 1988 meldde ik mij keurig op tijd op de afdeling waar mijn oma een aantal jaren ervoor afscheid genomen had van het leven. Hiermee had ik het gevoel dat ik een speciale band met deze afdeling zou hebben, maar niets bleek minder waar. Want de zusters aldaar hadden helemaal geen boodschap aan het verhaal over mijn oma. Werken zal je. Als je dat kunt, tenminste. 

Ja, werken kan ik als geen ander. Als tuindersdochter was ik op mijn negende jaar al begonnen met werken, in de tuin van mijn vader: chrysanten knoppen. Ik was snel en handig, had overzicht en inzicht. Mijn moeder werkte ook vaak in de tuin. Dan ging ik eerder naar huis, en ging ik nog even snel als een witte tornado door het huis. Zodat het spik en span was als ze thuis kwam uit de tuin. Dat scheelde haar weer werk, in een gezin met vier kinderen. 

Dus ja. Werken kon ik wel. Maar ook daar hadden ze geen boodschap aan. Oh nee, ze waren absoluut niet onaardig. Maar ze lieten wel overduidelijk blijken dat ze niet zaten te wachten op zo'n omhoog gevallen hbo-studentje dat zich reeds een studentenaccent had laten aanmeten in plaats van het vertrouwde Westlands. 

Dus ja, dan mocht ik wel in de vierpersoons mannenkamer beginnen, zei Conny. Oh. Oké. Nog nooit iemand verzorgd of verpleegd. Wel een aantal weken voor een baby gezorgd, maar dat is toch echt wezenlijk anders. 

Ja hoor, loop maar door, schuif het gordijn maar opzij. Daar lag meneer van de Berg half ontkleed in bed. Zuster Tine draaide hem met grof geweld op zijn zij, om zijn rug te wassen. In één keer liet ze hem weer los, en ik zag de verschrikte ogen van meneer van de Berg. Vervolgens kwam er een uitgebreid gesprek tussen Tine en Conny, en meneer van de Berg rilde van de kou. Ik legde gauw een handdoek op zijn buik en wilde iets tegen hem zeggen, maar durfde niet. 

Toen waren de dames in één keer weg, en stond ik daar naast meneer van de Berg, die mij vriendelijk aankeek. Meneer van de Berg had een amputatie aan een been. Ik had nog nooit eerder een amputatie gezien, en was hier best van geschrokken. 

Gelukkig kwam Tine snel terug, en kon ik beginnen met het wassen van de allereerste patiënt in mijn leven. 

Op school hadden ze gezegd dat hbo-v'ers kritische vragen stellen, en dat dit dus ook van ons verwacht werd. 

Dus ik verzamelde al mijn moed, liep op Conny af en vroeg waarom zij mij niet even had voorbereid op de amputatie van meneer van de Berg. Dat zou zowel voor meneer van de Berg als voor mijzelf prettiger zijn geweest. 

Ze keek me aan alsof ze water zag branden, gaf geen antwoord en gaf met de opdracht om de waskommen te gaan wassen in de spoelkeuken. 


Reacties

Populaire posts van deze blog

Applaus

Niveau